TERUG

Dpl. sergeant G. de Kimpen.

S.C.5-15 dep.Bat.

BRON : Sectie Militaire Geschiedenis Koninklijke Landmacht.

 

 

Verklaring afgelegd door den dpl. serg. G.F. de Kimpen. van 5-15Dep.Bat.Inf. in de vergadering van de Commissie militaire Onderscheidingen op 6 Januari 1947.

----------------

Ik was sectiecomm. Sold. H.VAN STRAATEN ken ik, die is vlak na den oorlog korp. geworden.

Op 10 mei kwam ik met een sectie onder leiding van den Lt. WASSENAAR uit Leiden met de opdracht vliegveld Valkenburg. Eerst stond ik onder co. van den Lt., bij het kerkhof Rhijnhof ben ik door omstandigheden de Lt. kwijt geraakt en moest daardoor zelfstandig optreden. Het gebied in de omgeving van den Oude Rijn moest van vijand gezuiverd worden. Wij kwamen langs de Morsweg. Wij zijn de Haagweg overgestoken in verspreide orde, sprongsgewijze, in de buurt van de brug waarop Duitschers zaten. Op hen hebben wij geschoten. Hierna hebben wij het kerkhof schoongeveegd en kwamen daarna aan bij villa Rhijnhof. de parachutisten lagen aan de overzijde van den Oude Rijn. Zij schoten op ons. De sergt. JANSEN en de korp. BAMBERG zijn daar gesneuveld.
Ik heb de soldaten verdeeld over de verschillende ramen van de villa. Nadat wij op Duitschers geschoten hadden hield het vuur aan de overzijde op. Er lagen twee zolderschuiten tusschen de villa en een sectie zw.mitrs.De brug was nog steeds door Duitschers bezet. Ik had den indruk: wanneer de Duitschers aan de overzijde teruugtrekken, moet de brug vrijkomen. Ik gaf opdracht; "binnen 3 min. in de schuit". Inmiddels vuurde ik met een mitr. vanuit het zolderraam, ten einde de aandacht van de Duitschers af te leiden.
Een sold. (latere korp. UILENBROEK ?) boomde deze schuit naar den overkant (met +/- 24 man). Alle lagen plat op de bodem. Ik zat achter de mitr. op den voorplecht. Gedurende den overtocht ontvingen wij geen vuur. Aan den overkant werd direct verspreid. Ik een sprong gingen wij naar den weg voorbij den huizen. Vlak na ons volgde de afdeeling die daar zat in de andere schuit. Ik heb wel tegen een kapitein gezegd, dat ik over zou varen. Ik had daartoe geen opdracht. Ik weet niet of het toen 's morgens of 's middags was. De weg was opengebroken en geheel verlaten. Wij zijn den weg overgestoken. Aan den overkant stond een boerderij of huis, waarvoor ik heb gewacht met de anderen, tegen het huis aan. De anderen (met de tweede schuit) kwamen daar bij ons. In het huis ben ik niet geweest. Ik meen wel dat het verlaten was. er werd ook niet geschoten vanuit dit huis. Wij ontdekten dat er parachutisten moesten zitten tusschen dit huis en de brug. Hierom ging ik met de anderen deze huizen doorzoeken. Eerst zijn wij kruipend gegaan naar een boerderij terzijde van den weg. Wij kregen vlak voor het hek vuur. Ik heb de soldaten in de looppas naar de voorkant en de achterzijde van het huis gestuurd. Er waren ook nog menschen van een ander onderdeel bij. (2 getroffen soldaten). Sold. VAN STRAATEN, die bij mij hoorde is het huis in gegaan. Vermoedelijk heb ik hem en nog eenige anderen de opdracht gegeven het huis te doorzoeken. Ik heb hem uit het huis zien komen. Een sergt. (VAN DER SCHOOR ?) is ook naar boven gegaan. Later zag ik hem boven uit het raam klimmen.
Het meest aangrijpende vond ik het treffen van enkele menschen door het Duitsche vuuren dat de Duitschers uit het huis kwamen. Zelf ben ik in het woonhuis geweest om mij van de situatie te overtuigen. Ik ben ook boven geweest. Wij kwamen tot de ontdekking, dat de Duitschers in het achterhuis moesten zitten. Achter het huis lagen enkele gedoode parachutisten.
VAN STRAATEN heeft tegen mij gezegd, dat hij van boven naar beneden heeft geschoten op willekeurige plaatsen. Wat zich precies in het huis heeft afgespeeld weet ik niet.
In het café op de hoek van de Haagsche Schouw en de Valkenburgerweg zat de Maj Alofs. Wij moesten daar wachten op nadere orders.

Opgenomen FMV.
typ.GTh.

's Gravenhage, 6 januarie 1947.
G.F. de Kimpen